Een programmeerhotspot verbinden

In deze sectie wordt beschreven hoe u een programmeerhotspot verbindt.

Ga als volgt verder.

  1. Zorg dat de Net Bridge-schakelaar in de STANDBY-stand staat.
  2. Verbind een hotspot met een geprepareerde Net Bridge, of vervolg de bus vanuit het laatste verbonden busapparaat op de hoofdbus, volgens het verbindingsschema in iLOQ S10 Online Systeem - Planningrichtlijnen.
    Opmerking:

    Als u de bus vervolgt vanuit een ander busapparaat, dient u de beƫindiging uit te schakelen (TERMINATION = OFF) vanuit het apparaat vanwaaruit u de bus vervolgt.

  3. Zet de TERMINATION (TERM) dip switch in de AAN-stand, als dit busapparaat het laatste apparaat op deze bustak zal zijn. Als dit busapparaat niet het laatste apparaat op deze bustak zal zijn, zet u de TERMINATION (TERM) dip switch in de UIT-stand.
  4. Noteer het serienummer van de hotspot.
  5. Wanneer u ook de overige busapparaten hebt verbonden, voltooit u de Net Bridge-configuratie eenmaal (raadpleeg De busapparaatconfiguratie voltooien op Net Bridge) en gaat u verder met deze procedure.
  6. Voor iLOQ S10 Manager-software, controleert u of de verbonden hotspot is gerapporteerd aan de apparatenlijst van de Net Bridge. U kunt de hotspot herkennen aan het serienummer.